Trombose bij vrouwen : drie levensomstandigheden die het risico vergroten.
Een trombose betekent dat er zich een bloedklonter bevindt in een ader of slagader. Dit kan een gedeeltelijke of totale obstructie van een bloedvat veroorzaken. Er bestaan twee soorten trombose :
- de veneuze trombose (of flebitis) komt het meest voor ; deze is oppervlakkig en leidt tot spataders ; in het ergste geval komt de klonter in de longen en kan dit leiden tot een longembolie ;
- de arteriële trombose heeft gevolgen voor de aders ; wanneer de klonter zich bevindt in een ader die voor de toevoer zorgt van de hartspier (hartslagader), kan deze obstructie uiteindelijk leiden tot een hartinfarct.
Enkele levensomstandigheden die het risico bij vrouwen vergroten :
Het gebruik van de anticonceptiepil
De hormonen in de pil, in het bijzonder het synthetisch oestrogeen, hebben een invloed op de bloedstolling en maken het bloed minder vloeibaar. Samen met andere risicofactoren (een zittend leven, overgewicht, te weinig beweging), vergroot de inname van de pil het risico op veneuze trombose. Wat betreft arteriële trombose, zijn het cholesterol, roken en alcohol die het risico vergroten.
Zwangerschap
Gedurende de zwangerschap is er 10 keer meer kans op trombose. De oorzaak ligt bij de hormonale veranderingen die de bloedstolling beïnvloeden. Na de bevalling blijft het risico bestaan voor de net bevallen moeder. De stollingsfactoren, bijvoorbeeld de grootte van de aderen, worden pas terug normaal 3 maanden na de bevalling.
Menopauze
Wanneer de eierstokken stoppen met de aanmaak van estradiol (oestrogeen), beginnen de aders zich te vernauwen en groeit het risico op trombose. Gewichtstoename, diabetes en hoge bloeddruk doen de kans op een herseninfarct toenemen.
Advies
Leid een gezond en evenwichtig leven. Zodra je pijn voelt in je been, gepaard met een opzwelling ter hoogte van de kuit, neem dan snel contact met een dokter voor een consultatie.
Trombose en het AstraZeneca vaccin tegen Covid-19
Volgens het PRAC (Pharmacovigilance Risk Assessment Committee) zouden er op 20 miljoen gevaccineerde personen 18 gevallen van cerebrale veneuze sinustrombose en 9 gevallen van diffuse intravasale stolling vastgesteld zijn. Dit zou geleid hebben tot 9 overlijdens. Het risico op trombose is dus zeer uitzonderlijk. Het gebruik van de pil en roken brengen een veel groter risico op trombose met zich mee dan het vaccin.