Woordenlijst
Bekkenbodem
Geheel van spieren, weefsels en ligamenten in het onderste gebied van het kleine bekken (tussen de heupen en het schaambeen). De bekkenbodem ondersteunt onder meer de blaas bij mannen en vrouwen.
Blaas- en sluitspierstoornissen
Wijzigingen van de werking van de organen die een rol spelen in de afvoer van de urine als gevolg van een ziekte (urine-incontinentie, prostaat, …)
Blaaswand
Elementen die het omhulsel van de blaas vormen.
Botulinetoxine
Toxine dat wordt afgescheiden door een bacterie die onder meer in bedorven blikvoeding zit. Het is verantwoordelijk voor botulisme, een aandoening die wordt gekenmerkt door spierverlammingen. Botulinetoxine wordt in zeer lage doses gebruikt in de geneeskunde en voor esthetische doeleinden.
Cerebrovasculair accident of CVA
Letsel van het hersenweefsel als gevolg van een onderbreking van de bloedcirculatie naar de hersenen, die daardoor geen zuurstof meer krijgen.
Detrusorspier
Gladde spier in de blaaswand. Als de spier ontspant, kan de blaas gevuld worden met urine. Als ze samentrekt, kan de blaas geledigd worden.
Echografie
Onderzoeksmethode waarbij de echo van ultrasone signalen wordt gebruikt om beelden te maken van de vorm en de werking van organen. Het onderzoek is onschadelijk voor de patiënt.
Elektrostimulatie
Toediening van een in duur en intensiteit variabele elektrische prikkel aan spiervezels of zenuwen met behulp van twee of meer elektroden. Elektrostimulatie veroorzaakt een samentrekking van de gekozen spier/spieren zonder dat een beroep wordt gedaan op het centrale zenuwstelsel (de hersenen).
Magnetische resonantie
Radiologisch, volledig pijnloos onderzoek, dat beelden geeft ‘in schijfjes’ van het organisme onder om het even welke hoek in 2 of 3 dimensies. Zoals de naam zegt, worden bij magnetische resonantie magnetische velden gebruikt en dus geen röntgenstralen.
Mictie
Het lozen van een urinestraal uit de blaas. De normale mictiefrequentie bij volwassenen bedraagt 5 tot 6 keer per dag.
Multipele sclerose
Chronische en progressieve ontstekingsziekte van het centrale zenuwstelsel. De ziekte wordt gekenmerkt door het verlies van myeline, een stof die zich bevindt rond de zenuwvezels in het ruggenmerg en de hersenen.
Obesitas
Overgewicht dat wordt gekenmerkt door een body mass index (BMI) van meer dan 30. Er is sprake van ernstige obesitas bij een BMI >35 en van morbide obesitas bij een BMI >40.
Overactieve blaas
Frequente en dringende behoefte om te plassen, met of zonder incontinentie, overdag of ‘s nachts, zonder urineweginfectie of een andere ziekte.
Overgewicht
Van overgewicht is sprake bij een BMI tussen 25 en 30.
Plaskalender
Document dat moet worden ingevuld en waarin de patiënt gedurende een bepaalde periode de frequentie en het volume van zijn micties kan noteren. Het is één van de elementen waarmee de arts een diagnose kan stellen.
Prostaat
Klier die alleen mannen hebben en die het grootste deel van het zaadvocht afscheidt. De prostaat heeft de vorm en de omvang van een kastanje en is bovenaan verbonden met de blaas. De plasbuis loopt van boven tot onder door de prostaat.
Radiografie
Gebruik van röntgenstralen om inwendige beelden van het lichaam te maken. Met een radiografie kan onder meer de structuur van bepaalde organen (bijvoorbeeld een bot) worden gecontroleerd.
Scanner
Apparaat dat een lichaamszone ‘aftast’ om dwarsdoorsneden te maken om op die manier de locatie en de omvang van een letsel in een orgaan of weefsel precies te bepalen.
Tibiale neurostimulatie
Toediening van impulsen of elektrische prikkels aan de tibiale zenuw, die door het been loopt. Vreemd genoeg kan de techniek een invloed hebben op de werking van de blaas. De techniek is tegenaangewezen bij personen met een pacemaker.
Urine
Vloeistof die wordt afgescheiden door de nieren en afgevoerd via de urinewegen. Urine is de belangrijkste manier om afvalstoffen af te voeren uit het organisme. Urine bestaat uit water (+/- 930g per liter), minerale zouten (chloor, natrium, kalium,…), stikstofhoudende afvalproducten (ureum, creatinine, urinezuur…), aminozuren en verschillende zuren die voortvloeien uit de werking van bepaalde organen.
Urine-incontinentie
Onvrijwillig verlies van urine als gevolg van een aandoening of als gevolg van een letsel van de urinewegen.
Ziekte van Alzheimer
Ongeneeslijke ziekte die het hersenweefsel aantast en die aanleiding geeft tot het geleidelijke en onomkeerbare verlies van verschillende mentale functies, waaronder het geheugen.
Ziekte van Parkinson
Degeneratieve ziekte die het gevolg is van de geleidelijke afsterving van zenuwcellen in een hersengebied dat een rol speelt bij beweging. De meest zichtbare symptomen zijn een gebrekkige of afwezige bewegingscontrole (bijvoorbeeld traag en/of schokkend lopen, beven).