Lichamelijk onderzoek

Lichamelijk onderzoek

Bij volwassenen:

  • De arts onderzoekt de geslachtsorganen, betast de buik en het gebied van de nieren en inspecteert de anale zone.
  • Hij voert een neurologisch onderzoek uit (wervelkolom, bewustzijnsniveau, reflexen,…).
  • Bij mannen voert hij een rectaal toucher uit.
  • Hij vraagt een urinestaal en onderzoekt die meteen.
  • Hij evalueert de algemene toestand.

Bij kinderen:

  • De arts weegt het kind en meet zijn/haar lengte.
  • Hij vergelijkt zijn/haar groei met de gemiddelde groeicurve.
  • Hij evalueert zijn/haar fysieke en psychische ontwikkelingsniveau, zijn gedrag ten opzichte van zijn leeftijd.
  • Hij onderzoek de geslachtsorganen: het uitzicht, de bouw, de aanwezigheid van irritaties, urineverlies.
  • Hij palpeert de buik en inspecteert de zone van de anus.
  • Hij spoort via observatie of palpatie eventuele afwijkingen van de wervelkolom, het onderlichaam, de huid (er bestaan geassocieerde afwijkingen), de spieren, de ledematen (meer in het bijzonder de voeten) op.
  • Hij test de reflexen.
  • Vervolgens voert hij het algemene onderzoek uit (het hele organisme van het kind).